Babypuberteit: een dag uit het leven van babypubers (en hun vermoeide ouders)

De eerste periode met je baby heb je doorstaan. Het vele huilen vanwege krampjes en spuugjes zijn achter de rug. ‘Eindelijk even rust’ hoor je jezelf denken terwijl de volgende periode aanbreekt. Helaas, vaders en moeders. Je kleine is gefrustreerd omdat het van alles wil, maar het nog niet kan. Gelukkig gaat ook die tijd voorbij. Maar dán. Zodra je kindje aan de babypuberteit begint is de rust voorlopig ver te zoeken. Zit jullie spruit ook in die zware fase? Dan herken je dit vast!

De babypuberteit… het is een fase

Knoop dat maar in je oren, dat is je redding 😉 .

babypuberteit

De ‘bijwerkingen’ van de ontwikkeling van je kindje

Het is een prachtige fase van kunnen kruipen, tijgeren en een beetje lopen. De grijpgrage handjes en voetjes willen overal naartoe. Ze willen eindeloos ontdekken en dan vooral waar jij het niet wilt. “Hoezo niet? Je wordt toch altijd blij wanneer ik mij ontwikkel”, zal de gemiddelde babypuber wel denken. Het besef van de betekenis van ‘nee’ wordt snel opgepikt. Er wordt zelfs hevig met het koppie geschud wanneer er met het handje naar het gordijn wordt gegrepen. Ze begrijpen het dus prima, daar ligt het niet aan. Nee, het is het spelletje van ‘wat mag nu echt niet en wat echt wel en wat zijn de consequenties?’ Je opvoed skills worden tijdens die babypuberteit dus behoorlijk getest.

Lees ook: temperamentvolle kinderen, je hebt er je handen vol aan

Nee is en blijft nee

Je wordt behoorlijk op de proef gesteld tijdens deze babypuberteit. Eerst doet je kind nog alsof het woord ‘nee’ niet bestaat (en ondertussen zie je je kind dus gewoon stiekem grinniken en met twinkelende oogjes kijken terwijl die het nog eens probeert). Wanneer die dan door heeft dat je weet dat ze het woord ‘nee’ wel degelijk begrijpen, begint je kind zelfs te krijsen om te kijken of het dan wel mag…nou, NEE dus. Dikke tranen biggelen er nu over de vuurrode wangetjes, want ‘oh oh oh, wat ben ik toch zielig’.

Nog steeds blijf je stoer ‘nee’ zeggen. Ok, dan het grote geschut maar inzetten, zie je je kind denken. Je ziet ze nog net niet aftellen in hun hoofd en ze stormen er op af. Ok, prima, dan maar in de box. En vanuit die box word je in babybrabbel voor van alles en nog wat uitgemaakt (het is maar goed dat je het niet kunt verstaan 😉 ). Je besluit dit maar even te negeren. Na een minuutje (of kwartier, afhankelijk van hoe ontzettend niet lief je bent natuurlijk) keert de rust weer terug en bedenkt je ieniemienie duiveltje dat een engeltje zijn toch wel leuker is. Je krijgt een dikke knuffel en zo’n heerlijke kwijlkus met dikke snottebel.

Babypuberteit: dan duurt rust nooit lang

Even lijkt alles weer normaal te gaan. Er wordt weer lief gespeeld en gebabbeld… er wordt zelfs gelachen en gezongen. Even was je het hele voorval vergeten, totdat… de luier verschoond moet worden en alles interessant is behalve de schone luier. Het potje crème, de billendoekjes en de vieze luier zijn absoluut favoriet op dit moment en zouden en moeten dan ook gepakt worden en het liefst nog in de mond gestopt worden. “NEE”, roep je voor de tigste keer terwijl je al worstelend de schone luier om probeert te krijgen. Pfff, die zit eindelijk. Je wilt het broekje weer aantrekken, maar daar denkt dat lieve monstertje van je net even anders over.

Daar waar er vroeger lief meegewerkt werd, wordt nu bijna lief tegengewerkt. Heb je het ene been er net in en probeer je de andere er in te worstelen, probeert je kind vrolijk subtiel het ene beentje er weer uit te wurmen. Je hebt het eerst nog niet zo snel door. Trots en opgelucht maak je een diepe zucht omdat het je is gelukt om twee benen in een broek te krijgen… totdat je ziet dat dat ene beentje dus helemaal niet meer in de broek zit. Kun je dus nog een keer worstelen, want nu wordt er ook bij getrappeld. Het is je uiteindelijk gelukt. Het koste wat tranen en wat gestrooi met ‘nee’ plus dat het wat blauwe plekken opleverde, maar het is je gelukt. Je kleine kan weer fijn spelen. Maar tijdens de babypuberteit blijft de vraag: voor hoe lang?

Lees ook: Peuters en driftbuien, help!

Een hapje voor mama? Dacht ’t niet!

Ondertussen kom je even bij en maak je wat te eten klaar. Samen zitten jullie gezellig aan tafel. Het eerste lepeltje gaat naar het mondje. Maar helaas. Daar waar je kind voorheen gretig het mondje opendeed, worden nu de lipjes stevig op elkaar geperst en het hoofdje afgewend. En als je nu iets at wat uit het vuistje gegeten kon worden, dan was het nog niet zo’n probleem. Maar vandaag eet je toevallig soep, iets wat normaal gesproken gulzig naar binnen wordt gewerkt. Je wou namelijk even lief zijn omdat je je stiekem toch een beetje schuldig voelde vanwege al dat gemopper. De zoveelste worsteling vindt plaats. Er wordt naar het lepeltje gegrepen, want je kind wil het zelf doen. Een typisch kenmerk van de babypuberteit: ik zelf doen!

Je besluit creatief te worden en een compromis te sluiten. Je pureert de soep en voegt brood toe, zodat er een soort papje ontstaat. Er komt een schortje voor en een lepeltje in de hand…maar JIJ houdt de kom vast, gewoon voor het geval dat die anders door de kamer slingert. Je bengeltje is vertrokken en heeft plaatsgemaakt voor een engeltje. Dolgelukkig wordt er op de soepbrij gemikt met de lepel. Het wordt een groot slagveld en er zit meer soep op de vloer dan in het mondje, maar je hebt in ieder geval geen gedoe aan tafel. Ondertussen is jouw eten wel koud geworden, maar dat is een kleine prijs die je graag betaalt voor de ontwikkeling van je kind.

Lees ook: Een kind van 2: je raakt nooit uitgepraat.

(eindelijk) Bedtijd!

Het wordt schemerig en de oogjes worden zwaar. Er wordt fanatiek in gewreven. Met twee man sterk wissel je de vieze luier om voor een schone. Gelukkig verliep dit niet zo dramatisch. Nog even samen tandjes poetsen. Op het tandenborstelkauwen na, ging dit ook nog best soepeltjes. Er wordt gezwaaid naar iedereen die in de woonkamer blijft, je kleine wil blijkbaar zelf ook graag naar bed. En wanneer je vraagt of hij/zij moe is, komt er een knuffel en een diepe gaap. “Yes”, denk je, “even wat rust”.

Maar helaas. Zodra je de trap op loopt wordt er al gejammerd. Je probeert je kind in slaap te krijgen terwijl die even hard probeert wakker te blijven. Het is één grote worsteling van telkens weer in de liggende positie leggen (en enigszins in een houdgreep voor eigen bestwil, want je kind is bekaf), maar je geeft je niet gewonnen. En met succes. Na ongeveer drie kwartier gedoe, is Klaas Vaak eindelijk zand in de oogjes komen strooien en klinkt er een zacht snurkje. Yes!

Alles gaat voorbij

Je houdt ontzettend veel van je kleine en je geniet van zo ontzettend veel momenten. Maar jeetje wat kijk je uit naar het moment dat deze fase van babypuberteit voorbij is. Ik heb dan ook maar een tip voor alle ouders van deze kleine ‘monstertjes’: Houd vol, blijf consequent en duidelijk! Uiteindelijk is er licht aan het einde van de tunnel, het is immers een fase…het is een fase… een fase… het is een fase…

Heb jij ook een kleine babypuber in huis? En hoe ga jij dan om met de dwarse buien van je spruit?

Gebruikte afbeelding via Shutterstock

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven