‘Maaaam, waarom mogen wij geen kat?’ werd mij regelmatig gevraagd door ons diervriendelijk drietal. Ik probeerde dan voor de zoveelste keer uit te leggen dat dit niet ging gebeuren, aangezien ik als de dood ben voor katten. Maar mijn drietal maalde daar niet om en het zeuren bleef aanhouden. Totdat ik het zat was.. wat doe je dan als consequente ouder? Juist, dan koop je een kat. Het was net lente, dus nestjes in overvloed. Toen ik de afspraak had gemaakt voor onze aspirant kat, merkte ik dat mijn handen licht trilde. Mijn angst kreeg langzaam de overhand. Dapper toog ik toch met onze oudste richting peetouders van aspirant kat. Eenmaal aangekomen was onze zoon verkocht. Hij pakte een klein zwart, slapend katje uit de mand en keek me met zijn grote blauwe ogen aan. ‘Toehoe maaaam, mag ik deze?’ Mijn angst smolt weg in zijn ogen en voordat ik de tijd had om mijn gedachte op een rij te krijgen zeiden mijn lippen, ‘ja, tuurlijk schat.’ Paniek, wat moest ik nu? We hadden nog helemaal niks in huis. Geen probleem meende de pleegouder, we konden alles lenen totdat we zelf spullen hadden gekocht. En zo reden we met een slapende kat, een blije zoon en een iets wat verbaasde moeder naar huis.
Mijn man was naast dat hij net zo verbaasd was, ook boos. De termen ‘onverantwoordelijk’ en ‘wat weten we nu van katten’ zijn herhaaldelijk gevallen. Maar nadat hij het wurmpje had gezien, was ook hij gelijk verkocht, hij mocht blijven. Nu deze hindernis was overwonnen stond niks meer in de weg, dacht ik. Helaas was ik vergeten dat mijn angst voor katten zich nog ergens verscholen hield in mijn lijf. Overdag ging het wel, maar als ik ’s avonds ging zitten, lekker knus onder mijn dekentje, wilde onze kat spelen. Ik sprong vaak gillend op van de bank, waarop de kat weg racete, om zich vervolgens als martelaar in zijn mandje te verschuilen, mij verwijtend aankijkend. De behoefte om met mij te spelen had kat al snel niet meer en ik hield gepaste afstand van ons nieuwe huisdier.
‘Schat, vind jij niet dat kat dikker aan het worden is,’ ik keek op van mijn boek en zei laconiek, ‘hij zal veel muizen vangen.’ Toch zat het mijn man niet lekker en binnen een uur zaten we in de auto op weg naar de dierenarts. ‘Gefeliciteerd uw kat is een poes en zwanger!’ We konden niet meer dan stamelen en keken elkaar hulpeloos aan. We werden grootouders.
Thuis gekomen waren de kinderen in extase, maar wij waren de klap nog niet te boven. Naarmate de week vorderde werd het vrijdagavond. Onze poes was onrustig en liep de kamer op en neer. Als volleerd moeder van een drietal herkende ik de signalen en wierp me op als verloskundige. Ik coachte, aaide, en huilde bij de geboorte van haar drietal. Nu hadden we allebei drie kindjes, twee jongens en een meisje. Weg was mijn angst, ik was oma!
Wil je meer lezen van Rachelle? Kijk dan hier
Prachtig!!!!!!!!!!!!!!
Zo zie je maar weer dat de beste manier om over een angst heen te komen is, jezelf ermee te confronteren! En het is inderdaad ook heel prettig als je kinderen hier niet mee ‘lastig’ valt! Toch wel lief die kleine katjes!
Groetjes Rachelle
Ik herken de angst zo goed, was als de dood voor honden en katten en kwam niet op bezoek als je zo’n din ghad. Omdat ik mijn kinderen niet met mijn angst wilde opzadelen, toch een heel klein katje genomen. Heel klein was maar een heel klein beetje eng. Katje groeide, angst nam af. Een hond was het volgende project: ja hoor geslaagd. Nooit meer bang geweest en dus hoefde ik mijn angst niet op mijn kinderen over te brengen.
Maar… die buikkindjes kwamen nooit. Dáár had ik dus even geen rekening mee gehouden…