Je hebt niet zomaar een gameverslaving gelukkig, maar sommige ouders vinden het ganegedrag van hun kinderen toch wel verontrustend. Hoe ga je om met het onderwerp gamen en hoe maak je goede afspraken over het gamegedrag van je kind om een uiteindelijke gameverslaving te voorkomen?
Gamen heeft -naast dat het verslavend werkt- ook goede componenten in zich. Gamen past in de huidige tijd en geloof het of niet, je kind kan er zelfs het een en ander van leren. Toch blijkt dat er heel veel ouders zijn die met het gamegedrag van kind in hun maag zitten. We weten allemaal niet zo goed wat ‘normaal’ is. Wat toelaatbaar is en wanneer we een grens gaan overschrijden. Uit onderzoek blijkt dat veel ouders gamen wel willen toestaan, maar dat het handhaven soms nog wel lastig is.
Welk gamegedrag kan nog en wanneer heeft je kind een gameverslaving?
Een gameverslaving komt voor bij ruim 12.000 Nederlanders. De gemiddelde leeftijd van gameverslaafden is ongeveer 25 jaar, maar er zitten ook al echt jonge kinderen bij (vanaf 12 jaar). Je kan je voorstellen dat dat gegeven ansich al een verontrustende gedachte is voor ouders. Toch is dat nog niet per direct nodig.
Gamen goed voor de ontwikkeling
Leuke games spelen kan immers ook positief werken in de ontwikkeling van je kind. Als je kind bijvoorbeeld gamet met anderen dan is er ook spraken van een samenwerking tussen de gamers onderling. Afspraken maken, strategie bespreken, met elkaar communiceren. Het gebeurt dan wel online, maar het gebeurt wél. Contact leggen en communiceren (vaak ook in het engels) is eigenlijk heel normaal tijdens het gamen anno nu.
Naast bovenstaande is het ook zo dat je met gamen een bepaald doorzettingsvermogen ontwikkelt om een level te halen en je beslissingen in een rap temp moet kunnen maken.
Toch heeft 83% van de ouders nog vragen over het gamegedrag van hun kinderen: het blijkt voor veel ouders soms lastig om op de hoogte te blijven van het soort games dat hun kinderen graag spelen, met wie ze die spelen en hoelang. Het handhaven van afspraken rondom het gamen kan soms erg lastig zijn.
Afspraken maken over het gamen
Zo blijkt uit een persbericht wat ik ontving dat Tanja Jess de afspraak met haar tieners heeft dat ze doordeweeks één uurtje per dag mogen gamen en in het weekend twee uurtjes per dag.
Ik moet eerlijk toegeven dat dat bij ons wel wat meer is, Fortnite is dagelijkse kost. Maar is dat dan gelijk reden tot angst voor gameverslaving? Ik ging een beetje op onderzoek uit.
Allereerst nog even iets over parental controls. Dit zijn hulpmiddelen die ouders kunnen gebruiken om zicht te houden op het gamegedrag van hun kind. De meest bekende parental controls bij ouders zijn hulpmiddelen die ingameaankopen beperken of bepaalde inhoud afschermen en/of de tijd van gebruik beperken.
30% van de ouders maakt vaak gebruik van parental controls. Dus wil je meer ’toezicht’ hebben op een mogelijke gameverslaving, maak hier dan in ieder geval gebruik van. In ons geval is dat eigenlijk niet nodig, want zoon zit tegenover me op kantoor terwijl ik achter de pc aan het werk ben. Ik zie en volg dus alles wat hij doet. Een voordeeltje van thuis werken. Daarmee is niet gezegd dat ik me nooit zorgen maak om het gamegedrag.
Wanneer wordt gamen ‘spannend’ en verslavend
Afijn, zoals hierboven al aangegeven. Als je kind redelijk wat gamet of op social media zit wil dit niet direct zeggen dat er sprake is van een gameverslaving. Praat je echt over een verslaving met gamen, dan betekent dat vaak dat overmatig gebruik van internet en gamen leidt tot grotere problemen zoals bijvoorbeeld spijbelen van school (of werk) en veel ruzie in het gezin.
Signalen van gameverslaving
Onderstaande signalen zouden in de gaten gehouden moeten worden als er een vermoeden van gameverslaving is.
- slechtere schoolprestaties
- niet willen stoppen met gamen
- nergens meer naar luisteren
- geen zin hebben om andere activiteiten te ondernemen
- boos worden als er gestopt moet worden met gamen
- slaaptekort / slecht slapen
- enorm verveeld zijn zonder het gamen
- persoonlijke verzorging gaat achteruit
Wat kan je zelf doen om het gamegedrag te beïnvloeden?
Bij ons is het een onderwerp wat redelijk vaak op de tafel komt. Het woord gameverslaving vind ik nog wat ver gaan, maar ik herken wel een aantal signalen tot op bepaalde hoogte. Toch denk ik dat het ook voor ons ‘wennen’ is. In onze tijd was het nu eenmaal anders. En eerlijk is eerlijk… Frank speelde vroeger ook heel vaak al computer spelletjes. Sterker nog… hij heeft voor de kerst zelfs deze nieuwe Commodore 64 mini gekregen om de oude tijden te herleven.
Ik denk dat vooral het in gesprek gaan heel belangrijk blijft. Blijven praten met elkaar over eventuele zorgen. Maar ook het bieden van alternatieven. Leuke alternatieven. Kijk, als ik zeg dat hij dan maar moet gaan lezen… dan sla ik de plank mis bij een dyslect die een hekel heeft aan boeken lezen. Maar als ik aanbied om samen een spel te spelen dan wordt het al heel anders.
Het verschil tussen jongens en meisjes met gamen
De een is vatbaarder voor een gameverslaving dan de ander. Jongens lijken bijvoorbeeld vatbaarder voor een gameverslaving dan meisjes. Uit onderzoek blijkt trouwens ook dat ouders van jongens anders omgaan met gamen binnen het gezin dan ouders van meisjes.
Voor dochters gelden vaak strengere regels. Zo mogen jongens vaker meer dan 7 uur per week spelen (43%) dan meisjes (23%). Ook mag 70% van de meisjes geen games spelen waarin grof taalgebruik wordt gebruikt, ten opzichte van 59% van de jongens. En mogen meisjes minder vaak spellen spelen die boven hun PEGI-leeftijdscategorie zitten (62% tegenover 53% van de jongens).
Maak je je druk over een gameverslaving van een van je kinderen? Dan zijn er aardig wat instanties die je daarmee op weg kunnen helpen.
Regels opstellen en grenzen bewaken
Wij gaan hier thuis in ieder geval samen regels op stellen. Regels waar hij zich in kan vinden en waar wij ons in kunnen vinden. Regels waarbij we allebei wellicht water bij de wijn moeten gaan doen.
Het belangrijkste van alles… we gaan de regels naleven. Zo hoop ik dat we een gameverslaving kunnen vermijden of in ieder geval in een vroegtijdig stadium de kop in kunnen drukken. Want stiekem maak ik me toch wel zorgen.
Zelf vond ik overigens deze serie van het Trimbos Instituut best wel confronterend. Vanuit 3 oogpunten in het gezin wordt dezelfde situatie gefilmd: