Kamperen

Tent 'De Hommel'Zowel mijn lief als ik zijn dol op kamperen. Toen ik nog klein was, gingen wij elk jaar met het hele gezin op de fiets kamperen. De uitrusting bestond uit louter lichtgewicht spullen, aangezien het moest worden meegesleept in fietstassen. De tenten waren nog geen meter hoog, koken gebeurde op een éénpits gasbrandertje en er ging nauwelijks speelgoed mee. Heerlijk vond ik die vakanties. Fijn fietsen over afgelegen weggetjes, waar verder bijna geen mens kwam, laat staan die vervelende luidruchtige auto’s. Slapen onder het nylon dak van een dunne, maar stevige tent. De laagte van de tent was geen enkel probleem; je hoefde er immers niet in te staan. Lang heb ik neergekeken op mensen met een sleurhut of een belachelijk grote familietent. Nog steeds is zoiets niks voor mij. Als ik op vakantie de luxe van thuis wil, ga ik wel naar een hotel.

Mijn lief en ik kamperen ook al een paar jaar samen. We doen het iets luxer dan mijn ouders en gaan met de auto. Dat betekent dat ik niet alles precies pas in tassen hoef te proppen, maar dat ik mijn kleding makkelijk in een krat kan stoppen. Ons gaskookstelletje heeft twee pitten en we slepen een tafeltje en stoelen mee. Maar de tent is nog steeds niet hoger dan een meter. Onze eerste vakantie was in Denemarken, waar we overnachtten in het kleine tunneltentje van mijn lief. Laag, heel laag, maar prima geschikt om in te slapen. Afgelopen jaar hebben we in Engeland gekampeerd. Aangezien ik toen zo’n zeven maanden zwanger was en met die buik écht niet in dat lage tunneltje kon, hadden we een iets hogere tent mee. Die op een camping in de Yorkshire Dales in het niet viel naast een gigántische familietent. Dat was er zo één waar een volledige caravan in past.

Dit jaar – zo hadden we gepland – zouden we naar Duitsland gaan. Maar dit jaar zijn we niet meer met z’n tweeën, maar met z’n drieën. Dat vergt iets meer planning en iets meer nadenken over wat je mee moet slepen. Het vereiste ook wederom een andere tent. Het tunneltje van mijn lief is precies groot genoeg voor twee volwassenen – daar past met de beste wil van de wereld geen kind meer bij. Mijn tweepersoonstentje is weliswaar groter, maar ook niet groot genoeg. Gelukkig hadden mijn schoonouders nog een Slee-tent liggen, de Wervelwind, waar 2,5 personen in passen. En inderdaad, daar paste met gemak Thijmen nog bij in. Alleen had ik bij het inpakken thuis niet gedacht aan zoiets als een slaapmatje voor hem… Het fleecedekentje dat we bij ons hadden trok hij steeds onder zich vandaan, waarna hij op het koude zeil lag. Gelukkig waren we wel zo snugger geweest om het aankleedkussen mee te nemen, dat prima kon dienen als matrasje. Probleem opgelost.

Zo zijn we eigenlijk de hele vakantie doorgekomen: met improviseren. We hadden geen gigantische voorraad potjes eten bij ons voor Thijmen, maar slechts drie. Die waren voor noodgevallen, als we bijvoorbeeld in een file terecht zouden komen. Wat helaas ook gebeurde, voor Hamburg, een file van vijf uur. Toen ging het eerste potje op. Verder at Thijmen gewoon met ons mee. Ons eten werd klein gesneden en aan hem gevoerd. Lunchten we ergens, dan konden we daar meestal wel een broodje krijgen voor hem. Bij een Imbiss (snackbarretje) in Thüringen aten mijn lief en ik een broodje Rostbratwurst (je bent niet voor niks in het land van de braadworsten). Thijmen kon prima kleine stukjes daarvan wegwerken. Hij vond het heerlijk.

Eigenlijk ging het dus prima: kamperen met kind. Geen enkel probleem. Ja, we hebben hem wel eens moeten verschonen op een picknicktafel en hij kroop door het gras. Nou en? Het maakt hem weinig uit waarop we hem verschonen, als we het maar doen. En kruipen door het gras had hij nog nooit gedaan. Toch hoor ik in mijn omgeving meer dan eens de verzuchting dat het kamperen onmogelijk is nu er kinderen zijn. Nogal wat mensen schijnen te denken dat je veroordeeld bent tot Center Parcs, waar je gratis potjes Olvarit kunt krijgen. Ik snap dat niet… Kinderen zijn behoorlijk flexibel en met een beetje eigen flexibiliteit kan je gaan waar je maar wil – mét kind.

1 gedachte over “Kamperen”

  1. Die Erdman Schmidt Hommel was 1.20m hoog, hoor. We hebben hem helemaal aan gort gekampeerd. Alleen het naamlabel is er nog van over… Inmiddels zijn wij toch overgegaan op een De Waard Kemphaan — met stahoogte, maar zonder kinderen.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven