Vandaag is het een stralende dag. Al de hele dag is het warm en wolkenloos in Dali, alhoewel het vannacht behoorlijk koud was. Van weeromstuit kon ik niet slapen, ondanks de dikke dekens. Ilse en kou: dat gaat niet goed samen, althans, ik kan dan gewoonweg niet slapen. Van uitslapen kwam niks terecht: al om zeven uur klonk het appel! De militairen in hun kamp midden in Old Town moesten trainen. Al snel hoorde ik ze roepen, schreeuwen en stampen. Dit keer ging het zelfs gepaard met een Chinese mars. ‘Okay’, dacht ik, ‘hopla, eruit dan maar. Zo’n heftig en zwaar leven lijd ik hier niet, ik kan best toe met weinig slaap. ‘ Na het ontbijt in Old Town kocht ik tijdens mijn rondje boodschappen het boek: ‘Dali a wonderful and beautiful city’ van Bao Hongfen. Want ik ben hier nu voor de tweede keer, dit keer heb ik zelfs het gevoel dat ik hier een beetje woon, maar ik weet nog maar bar weinig van het stadje en haar historie af. Nou ja, stadje…. stad, met – inclusief omliggende buitenwijken/gehuchten (de reikwijdte van de stad is heel groot) – zo’n 300.000 inwoners! Dali, zo lees ik, bestaat al zo’n 4000 jaar. Heeft onder verschillende dynastien verschillende vormen en bestuursvormen gehad, maar als stad bestaat het dus al eeuwenlang. Het is een rijke, invloedrijke stad met van oudsher een belangrijke rol in de politiek, handel en economie. Het is ook een van de steden die aan de zijderoute lag. Dali ligt ook in een prachtige ‘uitvalshoek’, als ik dat zo mag zeggen. Op de route naar Laos, Cambodja, Vietnam en Thailand. Dali ligt aan de voet van het CangShan-gebergte, dat 19 pieken heeft waarvan de hoogste ruim 4 km. Het Erhai-meer waarlangs Dali is gebouwd, is 156 kilometer lang en wordt gevoed door alle rivieren, riviertjes en beken vanuit de bergen.
De bevolking van Dali is gemeleerd. Er wonen onder andere Bai-man, Wu-man, Xunzhuan-man en Guocuo-man en Yi-people. Ook zijn er veel geloven en stromingen binnen de stad te vinden. Van Taoisme, Buddhisme tot Islam en het Christendom en nog veel meer. Al die verschillende volken en geloven leiden tot talloze feestdagen. Voor een buitenstaander is daar geen wijs uit te worden. En verder geldt, dat Dali een van de 44 toeristen-locaties is, door de staat zo bepaald. Dat laatste laat zich zien in de talloze prachtige nieuwbouw die in Dali Old Town is te vinden. Je loopt een straatje in daar sta je ineens in een architectonisch mooi vormgegeven wijkje met winkels, eethuisjes, galeries, restaurants en bovenwoningen. Opvallend is echter, dat veel van die nieuwbouw leeg staat. Dat maakt wel een vreemde indruk op de bezoeker. Blijkbaar deert het de staat niet. Het staat er en wie erin wil trekken en er zijn handel wil drijven is welkom. Van Jop leerde ik dat het wat dat betreft een komen en gaan is. Zo is er een prachtige winkel gevestigd, zo is die weer weg. Hetzelfde geldt voor Foreigner street, de drukste en meest toeristische straat in Old Town. Het is een komen en gaan. Wat ik niet verwonderlijk vind, aangezien heel veel winkeliers dezelfde producten verkopen. Ik denk dat er in Foreigner street wel 25 winkels zijn die eenzelfde soort kleding verkopen. En schoenen. En sieraden. En thee. En frutsels, tassen, riemen, petten, hoeden etc. etc.
Wat zo prachtig is, is dat Dali intact is gebleven. De meeste grote steden in China zijn in no time afgebroken en in nog minder tijd weer opgebouwd. Het zijn voorzover ik dat weet en heb gezien in Kunming, allemaal met hoogbouw volgebouwde steden, vol verkeer, enorme mensenmassa’s, stank, stof en smog. In de steden zie je mensen dan ook heel vaak met zo’n ‘smoeltje’ lopen. Die dragen ze zelfs hier, als toerist. Daaraan herken je de stadsmens, die draagt een doekje voor zijn mond. Dali echter, althans, Old Town, is authentiek gebleven. Zeker als je de drukte van het toerisme verlaat en gaat dwalen door de buurtjes en straten. Daar is het rustig en zie je de mooiste dingen. De sierlijke huizen, de piepkleine oeroude houten huizen, de akkertjes middenin een woonwijk, de heel oude mensen met hun verweerde gezichten, kromme ruggen; de mannen vaak nog met pet en in pak, de vrouwen in gebreide vesten en met mutsen, ondanks de warmte. Ze kuieren zo’n beetje rond, maken een praatje met elkaar. De nog niet zo heel oude ouderen werken overigens nog heel hard. Die zie je hier rondsjouwen met enorme zware lasten op hun rug, echt ongelooflijk. Daarin doen ze niet onder voor de jonkies. De oude mensen hier intrigeren me overigens enorm. Ze zien er prachtig uit: dat verweerde, tanige, die versleten kleding, die tandenloze monden en die ogen die volgens mij zoveel hebben gezien. Deze mensen hebben zoveel meegemaakt, hebben onder Mao zo’n heel ander leven geleid dan de jonge mensen die ik hier ook zie rondlopen. Jonge mensen zijn flink aan het ‘verwesteren’. Die zie je niet meer rondlopen met 75 kilo last op hun rug. Nee, die lopen in hippe kleren, hun haren in laagjes geknipt, opgetist met lak, mobiel bij de hand en maar sms-en…. Ipads hebben ze, Mac’s, Ipods of iets wat daarop lijkt. Ze drinken geen groene thee meer, maar thee met smaakjes, frisdrank…. Ze eten chips, ze snoepen en zijn net zo groot als onze Westerse jonge mensen. En soms behoorlijk mollig of dik. En, zoals ik al eerder schreef, deze generatie is – vind ik tenminste – een heel bijzondere: ze zijn allemaal enigskind. Hebben geen broers, zusters, geen tantes en ooms. Alleen zichzelf en hun vader en moeder. Ik ben heel benieuwd hoe zich dat gaat ontwikkelen.
Tot zover even over Dali en haar bevolking. Ik ga vanavond weer lekker eten met Jop. We hebben sinds een dag of wat elke dag een ‘date’ om half zes bij het Boeddhistisch Buffet. Daar eten we voor vijf Yuan (50 cent) ons buikje rond aan rijst met groentes. Soms lekker spicey. En daarna gaan we wandelen, thee-drinken, soms mediteren en veel praten. Jop is overigens toe aan een nieuwe stap, overweegt zelfs Dali te verlaten op termijn. Hij woont hier – met tussenposen – al zo’n drie jaar. Hij wil weer ergens anders naar toe, wellicht naar een ander Aziatisch land waar hij gaat studeren (Kung Fu en Yoga). Dat zijn zijn plannen voor 2012 – 2013. Daarna wil hij verder werken aan het platform in Noorwegen, waar hij samen met een vriend mensen helpt te werken aan het bereiken van een hoger bewustzijn.