Ik hoefde er niet lang over na te denken, want natuurlijk zou ik mijn moeder niet alleen naar het kerstdiner van het tehuis laten gaan. Keurig gekleed kwam ik die ochtend aan en hoewel het een feestelijke gebeurtenis zou gaan worden, voelde ik toch een soort van brok in mijn keel. Drie jaar geleden was het alweer, maar op dit soort momenten miste ik mijn pa nog het meest. Toen ik binnen kwam zat ze al klaar en met de rolstoel reed ik haar naar de lift.
Verzorgd kerstdiner in tehuis
Normaal gesproken duurde het soms wel drie liften, voordat we mee konden, maar nu ging het wonderbaarlijk snel. Alles zag er feestelijk uit en op de tafels stonden kleine kerststukjes en elektrische kaarsjes. Nadat onze namen waren gecontroleerd reed ik mijn moeder naar de verste hoek van de zaal, want DAAR wilde ze zitten. Helaas bleek de zaal in het tehuis (door de vele afzeggingen) nog niet eens voor de helft gevuld en zodoende zat ik met mijn moeder en nog een mevrouw aan een 8 persoonstafel.
Voorin de zaal zat een meneer achter een vleugel die prachtig kon spelen. “Mooi hè?” zei ik tegen mijn moeder. Ze reageerde niet en nogmaals wees ik in de richting van de pianist. Dat hij mooi speelt!” zei ik nu iets harder. “Nou… ik hoor anders niks, hij moet veel harder spelen”, was haar reactie.
De eerste “gang” bestond uit een amuse van zalm met dille, maar dat deze generatie niet wist wat een amuse was werd me al snel duidelijk. Vanuit mijn ooghoeken zag ik dat mijn moeder de hele lepel wilde opeten, terwijl haar buurvrouw de inhoud van de lepel oppakte met haar hand en zo in haar mond propte. De helft viel op de grond. Ik besloot om er maar niks van te zeggen, want het smaakte de dames wel. Daarna kwam er een bouillon in een glazen mok en ook dat vonden ze raar. “Huh… soep in een glas?”, schamperde mijn moeder. Het werd steeds lastiger want nu moest er ook nog worden gekozen: Vis of vlees.
“Ja doe maar” zei mijn moeder tegen de aardige vrouw van het tehuis die de bestelling kwam opnemen. “Maar u moet kiezen mevrouw” zei de dame nogmaals. Na ruim een half uur had iedereen zijn of haar wens doorgegeven en kwam er een stevige vrouw naar voren waarvan werd gezegd dat ze ging zingen.
Normaal gesproken vind ik zingende mensen leuk, maar deze dame kon het (met alle respect) ECHT niet. Ik moest me dan ook beheersen om mijn handen niet over mijn oren te leggen toen zij de hoge noot van ‘Stille Nacht… Heilige Nacht’ nog maar net kon halen. (en de microfoon stond ook nog te hard) Voor mij werd het een ware kwelling, maar toen ik om me heen keek zag ik dat er toch mensen met haar meezongen. “Wat heerlijk als je (op dit moment) een beetje doof bent” ging het even door me heen.
Mijn moeder at alles op en genoot zichtbaar, maar haar buurvrouw liet alles staan. “Vindt u het niet lekker”, hoorde ik mijn moeder vragen. “Het is VIS!”, zei de vrouw met een zuur gezicht terwijl ze in de Hollandse garnaaltjes prikte die op de gestoofde kabeljauw file lagen. “Ja… maar dat had u toch besteld” probeerde mijn moeder nogmaals. “Oh… ken wel, maar ‘k mot het niet”, bromde de vrouw in een onvervalst Utrechts accent. “Zonde hoor” probeerde mijn moeder nog, terwijl ze bijna haar eigen bord bijna aflikte.
Op het programma stond dat er na hoofdgerecht weer gezongen zou gaan worden en ik hoopte oprecht dat niet weer die zelfde mevrouw naar voren zou komen. Gelukkig was dit niet het geval. De voltallige bemanning van het tehuis nam plaats naast de vleugel en het klonk prachtig. Kennelijk vonden de oudjes dit het ideale moment om van tafel te gaan. De één na de ander moest naar het toilet, waardoor menig koorlid zijn taak noodgedwongen moest beëindigen om hulp te bieden. Op dat moment voelde ik een hand op mijn schouder. “Vind je het gezellig meissie”, vroeg een klein tenger vrouwtje. Ze had haar rollator maar even laten staan zei ze en zocht via steunpunten (waar ik er dus één van was) zelf haar weg naar het toilet.
Toen ze nog maar net weg was rook ik opeens een vreselijke stank en geschrokken keek ik naar mijn moeder. “Oh…die heeft weer in haar broek gepoept”, was haar antwoord.
Na het toetje en de koffie werd iedereen naar zijn of haar kamer gebracht en ook ik nam mijn moeder weer mee naar boven. Mama was moe en moest slapen. “Was gezellig hè?” zei ik terwijl ze op de bank ging liggen. “Ach … voor mij had het niet gehoeven” zuchtte ze en viel als een blok in slaap. Even dacht ik aan de mensen van het tehuis die zo druk waren geweest en nu nog aan het opruimen waren. Wat een respect en bewondering heb ik voor deze mensen.
Voorzichtig gaf ik mijn moeder een kus op de wang en wenste haar prettige dagen. “Bedankt dat je mee was” fluisterde ze. “Graag gedaan mama” zei ik zachtjes, “volgende keer weer, hè?”
ha ellen bedankt voor je blogje. Ik vind het een heel eerlijk verhaal – bedankt voor het delen. Waarom ik trouwens op jouw blog uitkwam weet ik niet want ik was eigenlijk op zoek naar een baret en kwam dit tegen. Piano muziek tijdens fijne dagen blijft heerlijk en ik geniet hier altijd enorm van.
Ik zal je blog ook even delen op Facebook
Bedankt Marie voor je berichtje. Deze column was van precies een jaar geleden. Het laatste kerstfeest met mijn moeder, realiseer ik me nu. 18 November jl is ze overleden/ Ze was op en klaar met leven. Als ik zo mijn column teruglees hebben we goed voor haar gezorgd en geprobeerd het haar nog naar de zin te maken. Normaal gesproken lees ik nooit oude columns, maar nu was het fijn. Dank hiervoor. Groetjes van Ellen