De Female Board Index, een lijst met aantallen vrouwen in topfuncties voorziet jaarlijks in een onderzoek. De voornaamste conclusie van dit onderzoek van even geleden is dat het aantal topvrouwen in colleges van bestuur en raden van commissarissen gestaag groeit, maar wel érg langzaam. Hoe komt dat toch dat he aantal topvrouwen zo langzaam stijgt? Daar hebben zij zelf zeker wel een idee over!
Kinderen zitten topvrouwen dwars
Vooral de kinderen zitten topvrouwen dwars. Niet die kinderen zelf, maar de clichés over kinderen, over gezinnen en het moederschap. Drie topvrouwen klaagden er in NRC Handelsblad over. Voortdurend moeten ze opboksen tegen verwachtingen van werkgevers. Wanneer een vrouw van in de dertig solliciteert, wordt er meteen vanuit gegaan dat ze binnen afzienbare tijd kinderen gaat krijgen, daardoor korter gaat werken en dus geen uitdagende taken meer aankan. En heeft ze het thuis eigenlijk allemaal goed geregeld?
Lees ook: thuiswerkende moeder, de voor- en nadelen op een rij
Stop daarmee, zeggen ze alledrie. Ontzie ons niet! Want dat soort verwachtingen houden een oordeel in: dat het niet normaal is voor een vrouw om hard te werken en de top te bereiken. Als vrouwen daar steeds op gewezen worden, haken ze inderdaad een keer af. Het is een selffullfilling prophecy. Kortom, stel geen vragen aan een vrouw die je aan een man ook niet zou stellen, aldus de topvrouwen.
Wat hebben die topvrouwen wat ik niet heb?
Toch vraag ik het me stiekem wél af. Ik lees regelmatig interviews met vrouwelijke hoogleraren, topadvocaten, bestuursvoorzitters. Soms zijn ze net in de veertig, soms zelfs alleenstaande moeder. Hoe doen ze dat? Als ik hen met mezelf vergelijk, wat hebben die topvrouwen dan wat ik niet heb? Ben ik dan zo’n tut? Waar halen ze de tijd vandaan? Ik ben net zo oud, en ‘slechts’ tekstschrijver. Ik plooi mijn werk om school- en opvangtijden heen. En ’s avonds na achten ben ik uitgeteld.
Lees ook: fulltime werkende moeders zorgen goed voor hun kinderen
Wel of geen ambitie
Had ik dan ook hoogleraar of bestuursvoorzitter willen worden? Nou, nee. Ik mis dus in elk geval de ambitie. Maar zeer waarschijnlijk mis ik ook de energie. Neem advocate Liesbeth Zegveld, die in een interview verklaarde dat ze een echt ochtendmens is. Ze staat het liefst om vijf uur op. Ik niet dus. En deze vrouwen moeten ‘het’ thuis zó goed geregeld hebben, dat ze hun kinderen amper zien. Een extreem voorbeeld las ik ooit in een vraaggesprek met staatssecretaris Sharon Dijksma. Ze vertelde, wijzend op een fotootje op haar bureau, dat ze haar gezin alleen in het weekend ziet. Consequentie van in Enschede wonen en op het Binnenhof werken. Tja, dat moet je willen.
Ik heb niet de indruk dat veel vrouwen op zo’n manier zouden willen leven. Aan de andere kant doen mannen in topfuncties dat al eeuwen zo. Over het algemeen krijgen zij alleen klachten van hun echtgenote. Het lijkt me niet meer dan normaal dat vrouwen die dat willen, dezelfde kansen krijgen. En dat we onze vooroordelen inderdaad los moeten laten. Laat ze!
Als ik maar niet hoef 😉
Gebruikte afbeelding via Shutterstock